Vincent van Gogh kwam, tijdens zijn tijd in Nuenen, regelmatig naar Eindhoven en Tongelre. Hij legde contact met een aantal mensen en maakte er verschillende werken. De tekening is gemaakt vanaf de achterzijde van de woning van Antoon Hermans aan de Keizersgracht.
De achterzijde van het huis geeft precies zicht op deze hoek van de kerk, die net als Hermans woning naar ontwerp van de beroemde architect Pierre Cuypers is gebouwd. Na presentatie van het ontwerp van Cuypers in 1859 duurt het tot 1867 voordat de Rooms-Katholieke kerk wordt ingewijd. De kerk met zijn opmerkelijke dubbele toren is een herkenningspunt in het centrum van Eindhoven.
Hermans heeft een bijzondere band met het godsgebouw: hij is kerkmeester en schenkt en vervaardigt diverse kostbaarheden, waaronder een remonstrans. Vincent tekent de kerk vermoedelijk ook een paar maal in de achtergrond. Ook krijgt hij pianoles van de muziekdocent en organist van de kerk Hein van der Zande.
Tijdens zijn wandelingen door Nuenen, Eindhoven en de omgeving heeft de schilder een klein schetsboekje op zak. Een bewaard gebleven boekje uit de periode november 1884 tot september 1885 laat niet alleen diverse schetsen van boeren zien, maar ook meerdere herkenbare plekken. Naast de Oude Toren, de pastorietuin en de zojuist genoemde Sint Catharinakerk, tekent hij ook de Sint Martinuskerk in Tongelre en het Waaggebouw aan de Markt in Eindhoven – beide niet meer bestaand. Tongelre is in Vincents tijd een zelfstandige gemeente, nu maakt het deel uit van Eindhoven. Ingeklemd tussen Eindhoven en Nuenen met de Dommel en de Kleine Dommel als natuurlijke grenslijn, wordt het gebied gekenmerkt door heides en vennen. Tongelre kent in die tijd veel thuiswevers en kleinindustrie als sigarenfabrieken. Met name de wevers waren ook een favoriet onderwerp voor Van Gogh.
