Vincents wens om een groter atelier te huren, wordt begin mei 1884 werkelijkheid. Inmiddels heeft hij met Theo afgesproken hem werk te sturen in ruil voor een financiële vergoeding. Met deze zekerheid van inkomen vindt hij een ruimere werkplaats bij de koster van de katholieke kerk, Johannes Schafrat (1847-1924), zijn vrouw Adriana van Eerd en hun pasgeboren zoontje Cornelis.
Zij wonen in een huis naast de Sint Clemenskerk aan het destijds geheten Heieind F540, thans Park. Vincent huurt twee kamers en suite op de begane grond. In de grote kamer aan de voorzijde bevindt zich een kachel en er staan twee kasten waarin hij onder meer vogelnesten bewaart. In de achterkamer werkt hij. Overal liggen studies en tijdschriften. Menig werk komt hier tot stand.
Nog altijd slaapt en eet hij bij zijn ouders. Zijn leerling en schildervriend Anton Kerssemakers (1846-1924) beschrijft in 1914 het atelier waarbij hij een plattegrond toevoegt en het aanzicht van de woning schetst. Een jaar na Vincents intrek, als vader is overleden en onenigheid ontstaat met zijn oudste zus Anna over zijn verblijf in de pastorie, besluit hij in zijn atelier te gaan wonen. Hij slaapt op de lege zolder, direct onder de dakpannen, waar hij in bed een pijp rookt. Een foto uit 1926 toont de weduwe Schafrat in de slaaphoek met de stoel waarop hij zou hebben gewerkt.
En het is in deze periode en in dit atelier dat Vincent zijn eerste grote meesterwerk maakte. De vele schetsen en studies van mensen, handen en kleur, kwamen samen in zijn eerste grote werk: De Aardappeleters.
Op den duur werd het moeilijk om modellen te vinden. De pastoor verbood zijn parochianen om te poseren. Hij zou ze zelfs betalen als ze het niet deden. Dat is één van de redenen waarom Vincent eind november Nuenen verliet en naar Antwerpen vertrok. Bovendien hoopte hij daar aan de academie nog wat op te steken en verlangde hij naar een kunstwereld die hij zo lang had moeten missen.
In 1914 heeft Anton Kerssemakers, met wie Vincent bevriend was, zijn herinneringen aan het atelier op papier gezet. De kosterswoning werd in 1936 afgebroken.
De woning is in 1936 afgebroken, waarna op de plek een nieuw pand is gebouwd.
